Joannes Francq van Berkhey (1779). “Gedichten, van Joannes le Francq van Berkhey” (pagina 175, 179, 232, 272, 302 en 303). F. de Kruyff (Amsterdam) 9 maart 2015 (NL)
“Ga, sprak hij, ô looze kinkel,
Loop, zoo ras gelijk een haas,
Naar een koek- of suikerwinkel,
Op de markt van Sint Niklaas!
Koop daar marsepeine ventjes,
Hartjes, mooi en fraai met goud,
Spekulatie, koek met krentjes,
En zoo wat voor jong en oud:
Voor de Vrijers, een mooi meisje,
Geestig, aardig, netjes, jent;
Voor de Vrijsters, naar heus eischje,
Een galant, of stuks Student;”
“Ziet op Sint Niklaas Feest, hoe ’t zoete Kind zijn’ schoe
gevuld vindt met banket, het stoute met een roê.”
De volgende kenmerken komen terug in het boek:
– De roe/gard
– Gedichten/liedjes
– Geschenken geven
– Goedhuwelijksman
– Hooioffer
– Paard
– Schoen zetten
– Snoepgoed