1849 (3)

Mücke, C (1849). “Zonderlinge avonturen van den schout Klemm en zijn neef Tolle op hunne spoorwegreis naar den Bloksberg” (pagina 5 – 182-183). Hendrik Frijlink (Amsterdam) 15 april 2015

 


“Nu zijn er echter velerlei dingen, die men zoo gemakkelijk niet verklaren kan, – die ons te hoog zijn, zoo als men wel pleegt te zeggen. Men heeft derhalve den Duivel der Ouden, die men meende dat voor altijd in de hel gebannen was, weder levend laten worden, en deze voert nu al die dingen uit. Daartoe hebben de priesters een goed stuk bijgedragen, om een boeman te bezitten, waarmede zij de goedhartige, domme lieden bang konden maken, zoo als thans nog wel onverstandige lieden hunne kinderen met den bullebak, den zwarten man bang maken en naar bed jagen. Gij weet zelf wat voor fratsen met Sinterklaas worden uitgevoerd.”

Vertaler aan den lezer

“…Wij vertrouwen, dat weinigen het zullen hebben gelezen, zonder iets te hebben geleerd wat zij nog niet wisten. Het is, kortom, een Volksboek in den echten zin van het woord….”


Er wordt een vergelijking gemaakt tussen het bang maken van mensen door priesters die een ‘duivel’ lieten optreden en het bang maken van kinderen met de ‘bullebak’ om ze naar bed te jagen. De bullebak is, evenals de duivel, zwart van kleur. Ook het Sint Nicolaasfeest wordt aangehaald in combinatie met de ‘bullebak’.  Of men hiermee doelt op het feit dat de ‘bullebak’ ook met Sint Nicolaas zijn capriolen laat zien of dat men doelt op soortgelijke gebruiken door eventueel een ander personage is niet geheel duidelijk.

Het boek is een vertaling vanuit het Duits. Uit het voorwoord van de vertaler kunnen we opmaken dat wat in het boek wordt omschreven ook hier gebruikelijk was.


De volgende kenmerken zijn terug te vinden in het boek:
Bang maken (van kinderen)
Duivels, geesten en spoken
Zwart schmink


Literatuurlijst (V)