Zwart schmink

In het Sint Nicolaas feest komen steeds opnieuw bepaalde kenmerken terug. In het bijzonder zijn daar de kenmerken die aan de begeleider van Sint Nicolaas toegeschreven worden, te weten: het zwarte (of gemaskerde) gezicht, de roe, de zak, en de ketting. Soms komen daar ook nog huiden en hoorns aan te pas. Wat veel mensen niet weten is dat Sint Nicolaas en zijn begeleider soms samenvloeien tot een gestalte waarbij deze kenmerken behouden blijven. De begeleider of soms Sinterklaas zelf is meestal gemaskerd, waarbij het met roet zwartgemaakte gezicht moet worden gezien als de goedkoopste vorm van maskerade, zo oud als de ontdekking van het vuur. In gebieden waar mensen wonen met een lichte huid, zeer aantrekkelijk voor vermomming, alhoewel het ook voorkomt bij volkeren die een donkerder huidskleur hebben.

De (tot nog toe) oudste bron waaruit blijkt dat in Nederland de zwart schmink traditie voorkomt dateert van 1736. In het boek wordt een hoofdstuk geweid aan het zwart schminken van gezichten in Europa. Nederland wordt in het boek specifiek benoemd waar uit blijkt dat men rond de tijd van Sint Nikolaas hun gezichten zwart schminkte.

 

 

Bronnen

Boeken en tijdschriften (op jaar van uitgifte)

Nederland

Betekking hebbend op Nederland

“De gekroonde Utrechtze vreede, of Nederlandze Vreugd Godin” 1718 (2) (V)
“Naaukeurige beschryving der uitwenidge godtsdienstplichten, kerk-zeden en gewoontes van alle volkeren der waerelt” 1736 (V)
“Kleine gedigten voor kinderen” 1781 (1) (V)
“De Joodsche wandelaar. Een weekblad tot nut van ’t algemeen” 1792 (V)
“De Zot” 1794 (V)
“Weekblad voor den zoo genaamden gemeenen man” 1796 (V)
“Magazijn van spreekwoorden en zedenspreuken, opgehelderd door voorbeelden en vertellingen, tot een leesboek voor de jeugd” 1802 (1) (V)
“De Sint Nicolaas avond, of Het bezoek door den schoorsteen” 1809 (1) (V)
“Vokomen Apotheek, of Artzenwinkel voor Bange kinderen, bevattende de heilzaamste middelen” 1815 (V) (1)
“Democritische Sint Nikolaasgrapjes, gebeurd of ongebeurd” 1817 (V)
“Reisje door het Koningkrijk der Nederlanden en het Groot-Hertogdom Luxemburg” 1827 (1) (V)
“Leerzame dichtstukjes voor kinderen” 1828 (1) (V)
“De Nederlandsche Kindervrind” 1829 (1) (V)
“De gids” 1837 (3) (V)
“Kinderspelen en vermakelijkheden” 1840 (2) (V)
“Nieuw spel- of leesboekje, dienende, om de kinderen, reeds bij de eerste beginselen, ook in het lezen te oefenen, ten gebruike der scholen” 1841 (V)
“Hollandsch penning-magazijn voor de jeugd” 1849 (2) (V)
“Geschenk voor de Nederlandsche jeugd” 1849 (5) (V)
“Mijn verlustiging met Prof. Hofstede de Groot’s jongste brochure” 1854 (V)
“Rekwest aan alle edele, achtbare mannen, die wat hebben te zeggen over Sint Nicolaas” 1855 (V)
“Nieuw spel-of leesboekje” 1858 (1) (V)
“Laatste Sint Nicolaas: Nieuwe prettige versjes, vertelseltjes en liedjes…” 1866 (1) (V)
“Het Nederlandsch Magazijn” 1870 (V)
“Het nieuws van den dag: Kleine courant” 06-12-1872 (1) (V)
“Nieuwe Tielsche Courant” 1873-12-10 (1) (V) Krant
“Gouverneur’s Prentenboek” 1875 (1) (V)

Duitsland

Betrekking hebbend op Nederland

“De bestemming des huisselijken levens” 1819 (1) (U)
“Merkwaardigheden uit het leven van den Kleinen Andries” 1821 (1) (V)
“Zonderlinge avonturen van den schout Klemm en zijn neef Tolle op hunne spoorwegreis naar den Bloksberg” 1849 (3) (V)

Klik op het plaatje en ga terug naar het onderwerp kenmerken.