Anoniem (10-12-1873). “Nieuwe Tielsche Courant” (voorblad). Krant 12-12-2016
Toen was ’t strooiavond, en Sinterklaas verscheen in eigen persoon: – zwart als de Koning van ’t Moorenland, brommende als de Bullebak en rammelende met kettingen als Belzebub, stond hij in het voorhuis en stak zijn hoofd door de binnendeur. En terwijl al de kinderen achter Moeder kropen, klonk zijn stem: ‘Synder ook quaje kyeren?”
“Nee, Her Klaas!” had Moeder toen geroepen, “allemaal zoet op één na; Flip is een luiwammes,”die niet leeren wil!”
“Goed, Vrouw! dan zal ‘k ‘m ’n gard rijen.”
“Toe, zinge! zinge!” riep Moeder en poogde de kinderen naar voren te dringen, en op eens klonken de trillende stemmetjes:…”
De volgende kenmerken komen in de bron terug: